Category: Hasselt

Hmm

apparently this needs some CPR.

Wat wil je nu ook als je elke dag minimum 12 uur per dag uit huis bent? Zo precies of ik hier nog tijd voor heb. Maar bon, in de komende dagen zullen we er eens tijd voor maken. Die belachelijke hoeveelheid mail die ondertussen opgestapeld lag, is ondertussen bijna verdwenen.

So yes, I’m still alive. And enjoying myself in the far, far away Hasselt.

Crimineel Hasselt

Ik dacht dat Antwerpen met een ware crimininaliteitsgolf te maken had en Hasselt nog een braaf boerendorpje – alé vooruit, boerenstadje – was waar criminaliteit niet in het woordenboek staat.

Teutereteure.

Ik kom vanmorgen aan mijn fiets, die netjes op slot staat aan (de buitenkant van) het fietsenrek, ik maak hem los en *boenk* ik rij los op mijn velgen. Op dat moment waren er twee mogelijkheden, of ik was overnacht zo’n 100 kilo bijgekomen, of een of andere grapjas had mijn banden platgezet.

U raadde het al, de Hasseltse hangjongeren – zélfs hier heb je die soort ja – hadden een fratske uitgehaald. Ze zijn trouwens zo vriendelijk geweest om de dopjes terug op het ventiel te draaien. Allemaal heel tof enzo, ik zou er eens smakelijk om lachen, moest ik mijn banden nog terug opgepompt krijgen. Wat dus niet het geval is.

Daarnet een kwartier geprobeerd om terug enige lucht in mijn rubbertjes te krijgen, maar zonder enig succes. Of het nu gewoon aan de volledig scheefstaande soepappen (soupappen?), de kleine fietspomp of dat ze misschien toch kapotgestoken zijn ligt, zal ik straks uitzoeken.

Als ik die fietswinkel ‘vlak over het station’ vind tenminste.

Teehee

Vermits de handbalman om persoonlijke redenen deze week geen artikelen kan afleveren, zijn de stukjes handbal voor de woensdag-, donderdag-, vrijdag- én zaterdagkrant voor mij. Nu moet je weten dat handbal een van mijn specialiteiten is, en dan specifiek de tweede afdeling bij de vrouwen. (of droop de ironie daar te hard af?)

Nu, handballers en handbalsters interviewen met alle plezier hoor, maar dan verwacht ik wel wat medewerking he. Toen ik de site van de damesploeg van Neerpelt wou raadplegen om toch iets over die club te weten, kreeg ik: "U kan deze site niet openen. Deze site is volgens ons in de categorie: Sex. Hebt u hem toch nodig voor professionele doeleinden, bel dan de helpdesk." Ik braaf de helpdesk gebeld: "Ah ja, das een foutje, ik zet de site direct in de witte lijst". Die ‘direct’ heeft wel meer dan een uur geduurd, maar kom, ik was toch nog altijd op zoek naar het gsm-nummer van mijn slachtoffer. Ik had van Frank wel het nummer gekregen van haar vriend, maar die nam eerst niet op en kon me daarna enkel haar thuisnummer (te bereiken na 18u15) geven omdat hij net een nieuwe gsm had en ‘daar nog niet zo goed aanuit kon’. Een uurtje later heeft hij me – zoals beloofd – teruggebeld met het gsm-nummer met de mededeling "je moet geen moeite doen om haar nu te bellen hoor, ze neemt niet op tijdens de kantooruren". Resultaat? Bibi heeft een uur geleden gebeld, geen antwoord, en een half uurtje geleden nog eens, wel antwoord.

En wat voor antwoord! In het begin nog wat aarzelend en met weinig woorden, maar na een tijdje vertelt ze honderduit. Ik blij natuurlijk, maar ik heb maar een beperkt aantal lijnen – 20 om precies te zien voor wie het wat zegt – dus ik rond na vijf minuutjes af en zeg "Bedankt voor de antwoorden nog zo laat op de avond", waarop zij "Ah, was dat alles? Ik wil gerust nog wat langer praten hoor". Vermits ik ondertussen van alles op de hoogte ben in het vrouwenhandbal, dacht ik bij mezelf, "Ach, ik heb wel geen plaats meer, maar een babbeltje met een topper kan alleen maar interessant zijn", dus ging ik door met vragen stellen … waardoor ik nog op een primeur ben gestoten ook. Schön, schön.

Bijles

Vandaag op de terugweg naar huis met de trein op de bank achter mij: een uur aan een stuk uitleg over de nominatief, accusatief, genitief, ablatief, blablablatief, … door een kerel met een wel heel bekakt klinkend Nederlands. Bracht dat even herinneringen terug aan het middelbaar.

Wat heb ik zoal gedaan op de stage, ik zie net dat ik er eigenlijk nog niets over verteld heb. Vanaf de eerste dag hebben ze mij gewoon aan het werk gezet en zijn er ook artikeltjes verschenen in de krant. Dinsdag een achtergrondartikel over de groeihormonen in het wielerpeloton. De grootste moeilijkheid was eigenlijk iemand vinden die daar iets nuttig over kon zeggen, want de beoogde specialist bleek verschwünden. Uiteindelijk toch iemand gevonden, professor Frank Comhaire, die er veel over wist, maar als ik zijn uitleg gewoon had overgenomen, was het artikel waarschijnlijk in een medisch tijdschrift niet eens verschenen wegens "te technisch".

Donderdag hebben ze mij naar de persconferentie gestuurd van de Proximus Diamond Games in het Stadhuis van Antwerpen. Erg gezellig, al daagden de aangekondigde politici een half uur te laat op – Ludo Van Campenhout – of arriveerden ze pas bij de start van de walking dinner – Patrick Janssens – na de persconferentie. En achteraf kreeg iedereen nog een bobblehead van Kim Clijsters mee. Wat is zo’n bobblehead? Kijk hieronder.

Je haalt Kim er echt zo uit, vind je niet?

Gisteren trouwens twee uur staan bevriezen bij de training van onze nationale beloften voetbal, in Bolderberg of all places. Het meest onder de indruk waren ik en mijn collega van Ibrahim Maaroufi. Veruit de jongste van de hoop, maar nu al af en toe aan de slag in het eerste van het grote Internazionale. Crosses over de hele breedte van het veld elke keer op de strik van z’n medespeler, sterk in de duels, rustig aan de bal, inspelen met links en rechts, heel proper allemaal. En Jason Vandelannoite is een klein ventje, een halve kop kleiner dan mij en dat voor een centrale verdediger.

Vandaag was ik normaal naar de persconferentie meegegaan van de Tsjechen in de aanloop naar de oefenmatch tegen onze Rode Duivels, maar omdat er geen enkele speler aanwezig ging zijn, vond Marnik het de moeite niet om helemaal over en weer te gaan naar Brussel. En geef hem eens ongelijk.

Mededeling

Om 7 uur vertrekken om om 20 uur terug thuis te komen is niet leuk.

Gelukkig is de stage dat tot op heden wel, dus dat maakt veel goed.

De stage

Morgen begint, zoals voor de meeste van mijn klasgenootjes, de stageperiode. Ondergetekende gaat de komende twee maanden de sportredactie van Het Belang van Limburg met zijn aanwezigheid verblijden. Het is natuurlijk niet bij de deur, maar daar kan ik tenminste doen wat ik graag doe. Bij de GvA had ik bijvoorbeeld ook aan de slag gekund, maar ik ben niet zo’n lokaalnieuwsmens. Politiek, buitenland en zelfs economie (al is mijn achtergrond daar niet goed genoeg voor) had ik nog wel graag willen doen, maar regio, mwoah.

Naar goede gewoonte kan ik me niet echt zenuwachtig maken, ik ben eerder nieuwsgierig naar hoe het gaat zijn. Het werken en schrijven zal allemaal wel loslopen neem ik aan en de – weinige – contacten met de stagemeneer (MG) en de sportchef (BB) waren tot hiertoe heel positief. Het enige waar ik misschien een beetje nerveus over ben, is er geraken. Ik ben er namelijk nog nooit geweest, dus ik weet niet eens waar de redactie precies is. Maar ach, ik heb de laatste tijd genoeg padvinder gespeeld. 😉

Dus bij deze, veel plezier, weinig zenuwen en veel succes gewenst aan de medestudentjes. Go kick some journalistic butt.