Category: Voetbal

In welke stad zit ik zondag?

(en zaterdag ook al eigenlijk?)

Mensen die mij kennen, kunnen al meteen heel wat mogelijkheden van een denkbeeldig lijstje schrappen.
Mensen die mijn blog lezen, denken al meteen aan enkele eerder genoemde mogelijkheden.
Mensen die deze blog lezen, mij kennen én het Engels voetbal volgen, zullen tot de conclusie gekomen zijn dat ik naar een match ga uit de FA Cup en weten ook al naar welke.

Jawel, zondag vanaf een uur of half twee zit ik in het toch wel vrij bekende voetbalstadion Old Trafford, voor de wedstrijd Manchester United Aston Villa. Trouwens ook live te zien op BBC 1, dus als je goed kijkt, zie je mij misschien zelfs zitten. Dan moet je natuurlijk ook nog weten waar te zoeken: ik zal in Block NE3423 Row 13 Seat 43 zitten. Om te zien waar dat juist is, klik je best op het geel gearceerde vakje STH 121. Dan zie je recht voor je een hoek met boven de eerste ring een gapend gat, wel, daar is sinds maart vorig jaar een tribune bijgebouwd en daar zal ik mijn zitje innemen.

Morgen rond de middag vertrek ik – de vroegste trein Carlisle-Manchester op zondag kwam na half twee aan in Manchester – om zondagavond terug aan te komen in Carlisle. Al bij al kostelijk weekendje, but hey, it’s probably once in a lifetime. Naar Manchester gaan was ik sowieso van plan en een match bijwonen is normaal onmogelijk. Je moet sowieso lid zijn van de supportersclub en afhankelijk van de tegenstander moet je al eerder tickets gekocht hebben of moet je iemand kennen die een seizoenskaart heeft. Omdat het een wedstrijd in de FA Cup is, was ze on general sale, dus heb ik mijn kans maar gegrepen. Can you blame me?

Typisch Belgisch

Een paar dagen geleden was ik door de lijsten van Wereldvoetballer van het Jaar, gewonnen daar Fabio Cannavaro, aan het browsen en waar valt mijn oog op? In de lijst van de kapiteins staat bij ons landje "no vote". Timmy Simons kennende is het zijn fout niet, de PSV’er is iemand die altijd zijn taken uitvoert, op en naast het voetbalveld. Verder niet al te veel bij nagedacht, ik ging er van uit dat ik de volgende dag in een of andere krant wel de verklaring zou lezen.

De verklaring kwam niet van op een krantenwebsite, maar van bij Arne. De bond heeft het formulier opgestuurd, Simons heeft geen formulier gezien. Je zou dan denken dat wie dan ook verantwoordelijk is voor dat soort zaken bij de KBVB eens een telefoontje pleegt naar Simons om te vragen waar zijn stemformulier blijft. Niet dus. Ach ja, kan je er écht verbaasd over zijn? We mogen eigenlijk al blij zijn dat de andere helft van de stemformulieren wel is aangekomen, als je ziet hoe vierkant alles draait aan de Houba de Strooperlaan.

Viszontlátásra Puskas

De beste Hongaarse voetballer ooit, en een van de grootste voetballers ooit tout court, is niet meer. Ferenc Puskas is vrijdag op 79-jarige leeftijd overleden. Een zware longontsteking betekende het einde voor de Alzheimer-patiënt. Puskas was een fenomeen. In de 967 wedstrijden in zijn carrière scoorde hij 953 doelpunten, een ongekend hoog gemiddelde.

Ferenc Puskas

De man met misschien wel de hardste linker ooit kende een prachtige carrière, met eigenlijk maar een smet op zijn blazoen. De verloren WK-finale in 1954. In de groepswedstrijd hadden de Hongaren Duitsland nog met 8-3 verslagen, dat kon de Duitsers ook niet schelen, ze waren al zeker van de volgende ronde. Het belangrijkste doel van die dag was Puskas blesseren. En daar zijn ze in gelukt ook. Dat betekende dat in de finale een aan de enkel geblesseerde sterspeler in het veld stond. En ook al kwamen de Hongaren nog 0-2 voor, ze zouden uiteindelijk met 3-2 verliezen.

Verder is Puskas’ carrière er eentje van hoogtepunten. Samen met Hongarije de eerste continentale ploeg zijn die Engeland in het eigen Wembley verslaat, met 6-3 dan nog. In 1960 met Real Madrid de Europa Cup 1-finale tegen Frankfurt winnen met 7-3. Van 1950 tot 1954 49 van de 50 gespeelde interlands met Hongarije winnen, die ene verlieswedstrijd was – u raadde het al – de WK-finale …

Puskas

Zijn voetbalcarrière mocht dan een en al schittering zijn, zijn leven na het voetbal was minder glamoureus. Hij was nog wel bij een hele resem clubs coach, maar als trainer kon hij nooit even hoge ogen gooien als als voetballer. Zijn laatste levensjaren sleet hij zelfs in armoede. Hij moest al zijn trofeeën en medailles verkopen om voor zijn verzorgingstehuis te betalen. Niet dat hij dat zelf heel erg vond, tegen die tijd had de Alzheimer al zo hard toegeslagen dat hij de betekenis van al die bekers op zijn schoorsteenmantel toch niet meer kon plaatsen. Een ietwat triest einde voor een voetbalmonument.